1. Engeland
1.1. slag bij Hastings (1066)
1.1.1. Willem de Veroveraar, hertog van Normandië, verslaat de Angelsaksische adel onder leiding van koning Harald en wordt koning van Engeland
1.1.1.1. tapijt van Bayeux (ca. 70 m lang)
1.1.1.2. Willem stelt eigen Normandische leenmannen aan in Engeland
1.1.1.2.1. Frans culinair vocabulaire in de Engelse taal voor typisch "aristocratische" producten
1.1.1.3. leenstelsel komt in crisis
1.1.1.3.1. Engelse koning is tegelijk concurrent en leenman van de Franse koning
1.2. slag van Bouvines (1214)
1.2.1. nederlaag van de Plantagenets in Frankrijk
1.2.1.1. verliezen bijna al hun bezittingen in Frankrijk
1.2.2. Jan "zonder land" moet de Magna Charta ondertekenen (1215)
1.2.2.1. eerste grondwet van Europa
1.2.2.1.1. ook de koning moet zich houden aan deze hoogste wet (= constitutionalisme)
1.2.2.2. inhoud
1.2.2.2.1. vrijheid van de kerk in Engeland wordt op papier gezet
1.2.2.2.2. vrijheid van de steden wordt bevestigd
1.2.2.2.3. geen willekeurige belastingen meer
1.2.2.2.4. geen willekeurige arrestaties meer (habeas corpus)
1.3. Honderdjarige Oorlog (1337-1453)
1.3.1. oorzaken
1.3.1.1. Filps van Valois (Valois = opvolgers van de Capetingers) breidt zijn macht gevoelig uit in Frankrijk
1.3.1.2. de Engelse koning, Edward III, vreest zijn Franse bezittingen kwijt te spelen
1.3.2. verloop
1.3.2.1. de Engelsen winnen eerst terrein met behulp van hun longbowmen
1.3.2.2. de tussenkomst van Jeanne d'Arc zorgt voor een keerpunt
1.3.2.2.1. de Franse koningen veroveren alle Franse bezittingen van de Engelse koning (UITZ: Calais)
2. Frankrijk
2.1. Het huis Capet
2.1.1. komt in de 9e eeuw aan de macht na de Karolingers
2.1.2. eerst
2.1.2.1. zwak koningschap
2.1.2.1.1. enkel kroondomein onder controle
2.1.2.1.2. kieskoningschap
2.1.2.1.3. grote concurrentie van andere adellijke families
2.1.3. later
2.1.3.1. versterking van het centrale gezag van de koning
2.1.3.1.1. Capetingers maken het koningschap erfelijk
2.1.3.1.2. koning controleert de kerk
2.1.3.1.3. Slag bij Bouvines (1214)
2.1.3.1.4. Centrale instellingen
3. Duitse Rijk
3.1. Ottonen-dynastie neemt de macht over van de Karolingers
3.1.1. herstellen het keizerschap in ere
3.1.1.1. Duitse rijk omvat alle Duitstalige gebieden (D, SUI, AUT) en gebieden in Noord-Italië
3.1.1.1.1. Heilig Roomse Rijk